Away in a manger
Oud kerstlied
Away in a manger,
no crib for a bed,
The little Lord Jesus
laid down His sweet head.
The stars in the bright sky
looked down where He lay,
The little Lord Jesus,
asleep on the hay.
De tekst van deze oude Britse Carol bracht me op het idee voor het schrijven van deze ongewone bezinning bij het kerstgebeuren. De zingbare Nederlandse vertaling geeft deze strofe zo weer:
Geen wiegje als rustplaats,
maar een krib was 't weleer,
waar 't Kindeke Jezus lei
zijn hoofdje ter neer.
De sterren, zij keken
van de hemel zo mooi,
naar het Kindeke Jezus,
hoe hij sliep in het hooi.
Voederbak
De bekende kribbe is in de Nieuwe Bijbelvertaling een voederbak geworden, zo lezen we in het evangelie volgens Lucas 2:6-7
“Terwijl ze daar waren, brak de dag van haar bevalling aan, en ze bracht een zoon ter wereld, haar eerstgeborene. Ze wikkelde Hem in doeken en legde Hem in een voederbak, omdat er voor hen geen plaats was in het gastenverblijf.”
Voederbak in het Engels ‘manger’ bevat de verwijzing naar het Franse woord voor ‘eten’. De trog voor de staldieren wordt in de kerstnacht het wiegje voor de pasgeboren baby Jezus, Hij mag er in het zachte hooi slapen. Jezus wordt bij het prille begin van zijn leven als voedsel voor de wereld gepresenteerd. 33 jaar later zal Hij zichzelf wegschenken in het teken van het gebroken brood. In zijn openbaar leven heeft Jezus over zichzelf gesproken als het levende brood… wie van dit brood eet, zal niet sterven.
‘Ik ben het brood dat leven geeft,’ zei Jezus. ‘Wie bij mij komt zal geen honger meer hebben, en wie in mij gelooft zal nooit meer dorst hebben.’ (Johannes 6:35)
Jezus is voedsel en drank voor wie in Hem geloven. Voor wie hongert en dorst naar waarheid, liefde en vrede, kan via Jezus zijn honger stillen en zijn dorst lessen. Jezus laat ons niet op onze honger. Hij is ons geestelijk voedsel. De voorafbeelding van de kribbe, de voederbak, slaat op wat de eerste leerlingen in Jezus hebben opgemerkt en ondervonden. Jezus was hun levende brood. Waar er gebrek was aan voedsel en drank, was Jezus diegene die een overvloedige hoeveelheid voorzag (bruiloft te Kana, broodvermenigvuldigingen)…
De kerstverhalen zijn als laatste geschreven om het levensverhaal van Jezus te vervolledigen. Geen wonder dat heel wat zaken uit die geboorteverhalen verwijzen naar de ruimere betekenis van Jezus’ bestaan op aarde. De kribbe, de voederbak als betekenis van Jezus als voedsel voor de wereld.
Met de woorden van Huub Oosterhuis: ‘Scheur de wolken uiteen en kom. Hier, nu, wees onze God, wie anders? Niemand anders heeft ons gezocht, niemand anders heeft zo geroepen als een verliefde: dit is mijn lichaam, open mij, eet mij, hier is mijn hart, drink mijn ziel, hier ben ik, hier ben ik.’
Kerstzegen
Dat waar jij
mens voor de mensen mag zijn,
je een teken van goedheid
en een sprankel licht mag brengen.
Dat waar mensen
hongeren en dorsten
naar een nieuwe wereld,
jij een wegwijzer mag zijn
naar de tafel en de bron,
naar het brood en de wijn
in Jezus’ naam
gebroken en gedeeld.
Dat jij voedsel en drank
mag zijn
- op welke manier dan ook –
in de kracht van Jezus.
Hij is het voedsel,
brood voor onze zielehonger.
Hij is onze bron,
water dat onze dorst lest,
wijn die ons hart sterkt
en ons doet leven, Hem achterna.
Zalige kerst!
priester Pradip Smagge
Dit artikel verscheen in alle edities van KERK&leven van het decanaat Brugge, weeknummer 51, 17 december 2025.